Voordracht van Guido Cuyt.
Nero is de geschiedenis ingegaan als de keizer die in 64 n.Chr. zijn eigen stad Rome in brand stak. Die ‘faam’ dankte hij aan de Romeinse geschiedschrijvers, die vooral afkomstig waren uit de senatoriale elite die uiterst vijandig stond tegenover Nero. Het archeologisch onderzoek van de laatste decennia, vooral aan de voet van de Palatijn en in de vallei van het Colosseum is relevant geweest voor de kennis van de brand. Aan de hand van een aantal argumenten – historische en archeologische – heeft het modern onderzoek uitgemaakt dat Nero hier geen schuld treft. Als we alles bekijken, niet door de bril van de antieke auteurs, maar vanuit een objectievere ingesteldheid, ontdekken we dat zijn regering voor het Romeinse rijk een voorspoedige periode was zonder oorlogen.